Hoe kunnen we dans beter integreren in het basisonderwijs? Maud geeft advies!

Maud Tielemans. Fotograaf: Kim Vos.

WERKPLEZIER & DIDACTIEK | In dit artikel geeft Maud een inkijk in haar onderzoek en gesprekken met experten uit het Vlaamse (dans)onderwijs. Dans is volgens Maud namelijk een voor de hand liggende onderwijsmethode. Of zou dat in ieder geval moeten zijn. Ontdek welke rol jij als dansdocent daarbij kan spelen en krijg een eerste, korte inkijk in haar boek Zeppelin muzische inspiratiegids dansexpressie. Dat verschijnt in het najaar van 2023 bij Pelckmans Uitgeverij. 

Muzische vorming

Nieuwsgierig naar de realiteit van dans in het Vlaamse basisonderwijs studeerde ik in juni 2018 af als Master Arts in Education aan Codarts in Rotterdam met de scriptie Dans in de Spiegel. Het was een vergelijkend onderzoek naar de (h)erkenning van het theoretische kader Cultuur in De Spiegel – (Vlaanderen) door leerlingen, leerkrachten en experts, met betrekking tot kwalitatieve danseducatie in het Vlaamse basisonderwijs. Hierdoor kreeg ik een helder beeld van hoe danseducatie in het basisonderwijs georganiseerd is in Vlaanderen, én waar de ontwikkelkansen liggen (ook voor Nederland, bleek achteraf). Graag deel ik deze inzichten ook met jullie. 

In Vlaanderen is danseducatie binnen het basisonderwijs georganiseerd onder het leergebied muzische vorming. Daar is dans naast beeld, drama, media en muziek het vijfde domein waarin alle leerlingen gedurende zes jaar aan de slag gaan. De Vlaamse ‘eindtermen dans/beweging’, in Nederland bekend als ‘sleutelcompetenties’, gaan over expressie, beheerst bewegen en kennismaken met dans als kunstvorm. Op de website Onderwijsdoelen.be staat: 

“De kinderen passen met inzicht de expressieve waarde van dans en beweging toe met hun eigen lichaamstaal en vergelijken haar met de reële wereld van beweging, dans en ballet.”

“Het onderwijs in het domein "beweging" opent hier met andere woorden de weg naar de wereld van dans en van de lichaamstaal in het algemeen en van beheerst bewegen in het bijzonder.”

Al doen deze citaten de muzische onderwijsdoelen eigenlijk tekort. Daarin gaat het namelijk ook over: spelen, exploreren, waarnemen, reflecteren, verbeelden, vormgeven, experimenteren, kwalificeren, oriënteren, evalueren en - last but not least - genieten. Het gaat hier om kunsteducatie, waarbij de kinderen zelf ook creërend aan de slag mogen gaan. Daarom vraagt danseducatie in het onderwijs een andere aanpak van een dansdocent dan lesgeven in een dansschool doet, waar de focus vaker op technische aspecten ligt. 

Dans in het onderwijs

Danseducatie wordt in het Vlaamse basisonderwijs georganiseerd vanuit kunsteducatieve organisaties, in de vorm van eenmalige workshops of langlopende projecten. Dans wordt dus niet enkel intern gegeven door de klasleerkracht (Vlaams voor groepsleerkracht, red.), maar kan ook worden gegeven door externe dansdocenten die worden ingehuurd om een reeks danslessen te organiseren. 

Sinds 2018 is er echter de mogelijkheid om een meer duurzame vorm daarin aan te bieden vanuit het Deeltijds Kunstonderwijs (DKO). Deze wordt georganiseerd onder de naam Kunstkuur, een langdurige samenwerking tussen het DKO en het dagonderwijs. Hierbij geven klasleerkrachten samen met een dansdocent les, en doen ze aan expertisedeling binnen dans of andere kunstdomeinen. Dankzij deze co-teaching leren niet alleen de leerlingen, maar ook de klasleerkrachten meer over dans. En worden ze geënthousiasmeerd om ook zelf vaker met dans aan de slag te gaan in hun lessen. Daarnaast versterken dansdocenten uit het DKO hun pedagogische vaardigheden. 

Maar deze positieve ontwikkeling wil nog niet zeggen dat dans een evidentie is in het basisonderwijs. Wie naar het woord ‘dans’ zoekt in het inspectierapport Onderwijsspiegel uit 2023 van de Vlaamse onderwijsinspectie stoot helaas op 0 gevonden resultaten. Dit valt te verklaren omdat het onder het paraplubegrip van Muzische Vorming verscholen zit. In bijna de helft van de scholen (45,9 %) komt de afstemming op het doelenkader voor muzische vorming echter niet tegemoet aan de verwachting. In 2020 was dat nog 33,3%... 

De kwaliteit van muzisch onderwijs is dus in drie jaar tijd achteruitgegaan! Verder is de mate waarin de verschillende domeinen van muzische vorming aan bod komen in sommige van deze scholen sterk van de leerkracht afhankelijk. Er is dus werk aan de winkel voor ons als dansdocenten om danseducatie onder het paraplubegrip van Muzische Vorming in het basisonderwijs te laten floreren.

Mijn missie: meer dans in het Vlaamse basisonderwijs 

Na het schrijven van het volledige advies in mijn scriptie had ik daarom honger naar meer. De didacticus in mij wilde dit advies namelijk omzetten in de praktijk. Daarom ging ik aan de slag als leerkracht, onderzoeker en maker, met het Vlaamse basisonderwijs als onderzoekslaboratorium. 

In het voorjaar van 2021 mocht ik, dankzij het winnen van een VOCATIO-beurs, met enkele experten uit het Vlaams basisonderwijs of dansonderwijs interviews afnemen. De gesprekken focusten op de mogelijkheden en de meerwaarde van dans in het Vlaamse basisonderwijs, en de betekenis van dans in de ontwikkeling van een kind. Uit deze gesprekken kwam naar voren dat dans in het Vlaamse basisonderwijs zich niet toe moet spitsen op stijlen of technieken, maar dat vooral werkvormen als dansexpressie en -improvisatie een meerwaarde kunnen bieden. 

Die meerwaarde bracht ik op basis van de gesprekken terug naar acht elementen, die ik hieronder deel. Deze elementen nam ik als basis voor mijn boek Zeppelin muzische inspiratiegids dansexpressie, dat in het najaar van 2023 verschijnt. Het boek biedt een vertaalslag van het didactisch kader Zeppelin - didactiek voor muzische vorming naar dansexpressie. Het geeft ook verschillende inspiratiebronnen voor klasleerkrachten om concreet mee aan de slag te gaan. 

Mijn boek is ingedeeld naar leeftijd. Zo heb je Small (4-6 jaar), Medium (7-9 jaar) en Large (10-12 jaar). Voor iedere leeftijdsgroep zijn er drie volledige uitgewerkte danslessen van 100 minuten te vinden. Eén lesplan waarvan het thema aansluit bij de leefwereld van de leerlingen, een tweede vanuit de schoolcontext, en de derde vanuit de kunsten. Daarnaast worden er negen verschillende ‘lesprikkels’ aangeboden. Daarin wordt de eindopdracht geformuleerd, maar is de aanloop hiernaartoe door de klasleerkrachten in te vullen.

Maud’s inspiratiegids dansexpressie is aan aanvulling op het boek Zeppelin, didactiek voor muzische vorming van Koen Crul (zie afbeelding). Mauds boek komt in het najaar van 2023 uit, nog even wachten dus…

8 elementen in danseducatie

De inspiratiegids heb ik opgebouwd vanuit acht elementen, die voortkwamen uit mijn gesprekken met experten. Hieronder ga ik daar dieper op in.

1. DANS speelt in op het oerinstinct van kinderen om te bewegen en moet daarom een integraal onderdeel van de dagelijkse ervaring in de klas zijn.

Ik beschouw dans als de oervorm van expressie. Als je vanuit een antropologisch perspectief kijkt dan is het de eerste vorm waarin mensen zich altijd en overal uiten. Je hebt er geen taal of voorwerpen voor nodig. Alleen je eigen lichaam, de expressie begint daar. Vanuit die insteek hoort het ook zeker in het onderwijs thuis.
— Pr. Dr. Barend Van Heusden, Cultuur in de Spiegel

Kinderen in het basisonderwijs ontwikkelen zich in een snel tempo. Zowel op cognitief, motorisch als sociaal-emotioneel vlak. Het is daarom belangrijk als klasleerkracht in te blijven spelen op wat wij als mens van nature uit en in de evolutie voor het eerst deden: namelijk communiceren via beweging. De onderwijscontext biedt ons een ideale kans om dit dagelijks te integreren. 

2. DANS houdt rekening met verschillende leerstijlen van leerlingen.

Je hebt een aantal leerkrachten die bang zijn en die zeggen ‘Ik ben geen danser’. Maar als we weten dat hersenen een netwerk zijn, hoe spiegelen we dat door een netwerk van leerkrachten te zijn? Hoe kunnen we elkaar daarin helpen? Want we weten dat we de aandachtsspanning van kinderen verbetert als een leerkracht rekenen een kwartier klassiek les geeft, zoals hij dat kan, en dan schakelt naar een collega die dat omzet in bijvoorbeeld beweging. Om vervolgens terug naar het klassieke te gaan … uiteindelijk keer je terug naar het grote thema en de doelstelling van de les en spreek je meerdere kinderen aan.
— Pr. Dr. Peter Adriaenssens, Kinderpsychiater

Door dans in te schakelen als benaderingswijze in het onderwijs, bied je ook leerlingen die een meer motorisch gerichte leerstijl hebben de kans om zich te ontplooien. Met name in leergebieden waar ze zich in eerste instantie minder toe aangetrokken voelen. Denk bijvoorbeeld aan concepten zoals lijnen en vormen benaderen vanuit het lichaam. Of een meer mensgericht thema zoals stress.

3. DANS vormt een tegenhanger voor het denk-onderwijs en kan zo bewegingsplezier en lichaamsbewustzijn aanmoedigen.

Hoe erg scholen ook naar alternatieve wegen zoeken, in de realiteit wordt er toch steeds op een cognitieve, denkende manier gewerkt. Alsof we op nieuwe kennis alleen maar vat kunnen krijgen door rationaliteit. Ik ben ervan overtuigd dat verbinding, onbewust leren en leren zonder denken alleen ontdekt kunnen worden door te dansen en ermee aan de slag te gaan.
— Anne Lore Baeckeland, Cacao Bleu en Danspunt

Doordat kinderen op school zoveel moeten stilzitten verliezen ze vaker het contact met hun eigen lichaam. Ze dreigen daardoor ook de connectie met hun expressieve vaardigheden te verliezen: hoe druk ik me uit, hoe communiceer ik met anderen? Een gevolg daarvan is dat hun welbevinden achteruit gaat en ze misschien zelfs niet meer tot leren komen. Laten we daarom inzetten op dans in het basisonderwijs om het bewegingsplezier en lichaamsbewustzijn van kinderen weer te vergroten. 

Anne-Lore Baeckeland in actie bij Danspunt in Gent.

4. DANS is ook een cognitieve vaardigheid waarbij aan reflectie wordt gedaan.

Dans voegt door reflectie ook iets toe aan ‘het eigen Ik’ van het kind. Het kan een spiegel zijn voor kinderen. Het is belangrijk dat het ook op die manier in het onderwijs een plaats krijgt.
— Lynn Kosakoy, De Dansverbinderij

Dans inzetten in het onderwijs zoals beschreven in element drie, creëert ook de kans om cognitief met dans om te gaan. Tijdens het samen dansen leren leerlingen omgaan met anderen en dat (hoe ze samenwerken en met elkaar communiceren) dan weer in vraag te stellen. Hierover praten draagt bij aan hun burgerschap, een belangrijk leerdoel in het basis- en voortgezet onderwijs. En zulke reflectiegesprekken kunnen tegelijk zorgen voor meer begrip en waardering van de kracht van dans als expressief/communicatief middel.

5: DANS stimuleert creativiteit, een open mind en flexibiliteit vanaf een jonge leeftijd.

Een impact van dans is dat het fantasie, creativiteit en een open mind kan aanmoedigen. In de kindertijd leren kinderen heel vaak dat bepaalde dingen moeten. Ik geef improvisatie in een school en je merkt dat al die opgelegde regels ontzettend ingebakken zijn. Voor een kind kan het net fijn zijn te ontdekken dat er meer kan bestaan dan binnen de lijntjes blijven. Daar tegenin gaan is niet makkelijk omdat het ontzettend diep ingebakken zit in de kernwaarden van leerlingen.
— Ivan Schauvliege, Kunstacademie Zaventem en Kunsthumaniora Brussel

Door dansexpressie- en improvisatie durven kinderen de kaders van de begrippen dans en beweging open te trekken. Deze nieuwe kaders bieden hen ruimte om binnen gezette regels te ontdekken en het experiment aan te gaan. Een dansles in het basisonderwijs moet dan ook als een laboratorium van dat experiment fungeren.

6. DANS bereidt voor op vaardigheden om in het volwassen leven bewuste keuzes te maken.

In mijn ogen kan dans een sociale lijm zijn. Dans gaat over verbondenheid. Het moment dat je samen met een groep in de ruimte staat heb je mijn lichaam, jouw lichaam en er is de ruimte waar je in beweegt. Op het moment dat ik aan het dansen en bewegen ben, verhoud ik me altijd tot een andere persoon in de ruimte. Dat heb je later ook nodig.
— Lynn Kosakoy, De Dansverbinderij

Onderwijs heeft de taak om leerlingen voor te bereiden op een volwassen bestaan, en op een actieve deelname aan de maatschappij. We dienen leerlingen weerbaar te maken en in contact te laten staan met hun lichaam en geest. Thema’s uit de maatschappij (zoals uitsluiting) vertalen in een danscontext kan de kinderen nieuwe inzichten opleveren. 

Lynn Kosakoy deed voor haar masterscriptie onderzoek naar ‘Dansant Burgerschap’. Fotograaf: Marcel Krijgsman.

7. DANS biedt de klasleerkracht nieuwe inzichten in de talenten van hun leerlingen.

Maar de meest inspirerende momenten zijn wanneer je leerkrachten en leerlingen, op een ander niveau, dezelfde vragen stelt over dans. De inzichten die dan over elkaar verworven worden zijn goud waard.
— Dafne Maes, Lap vzw en Karel De Grote Hogeschool

Vraag de klasleerkracht steeds een actieve rol in het lesgebeuren op te nemen, en stimuleer ook bij je leerlingen een medeverantwoordelijkheid voor het lesgebeuren. Een actieve participatie van de leerkracht aan de dansles draagt bij aan hun perspectief van de leerlingen uit hun klas, en op verborgen talenten die niet altijd tot uiting komen tijdens andere vakken in het onderwijs.

Dafne Maes tijdens de voorstelling Choco of Kaas? van LAP vzw.

8. DANS kan zowel een artistieke als geïntegreerde functie opnemen in het onderwijs. 

Ik vind geïntegreerd werken zeer zinvol waar het een meerwaarde oplevert. Daarmee bedoel ik in combinatie met andere vakken. Ik weet dat kinderen dingen beter onthouden als ze bewegen. Je kan fysiek werken en dat is ontzettend belangrijk omdat we dat ook veel te weinig doen. Maar je moet in die combinatie wel dubbele doelen van beide behandelen.
— Koen Crul, Zeppelin, Oetang, Vives Hogeschool

Dans in het onderwijs kent verschillende functionaliteiten. Het kan ingezet worden als kunstvak en inspelen op doelen als het ontwikkelen van artisticiteit, motorische en sensorische vaardigheden of sociale doelen. Maar het kan ook ingezet worden als middel om leerdoelen uit andere vakken te bereiken. Wanneer je bovenstaande twee functies combineert, bereik je zowel dansdoelen als doelen uit het andere vakgebied op een gelijkwaardig niveau. 

Zo verankeren je dans in het basisonderwijs

Met dit artikel heb ik getracht jullie een inkijk te geven in de mening van enkele experten over dans in het basisonderwijs. Ik hoop jullie zo enthousiast te maken om als dansdocent (je eerste) stappen in het dagonderwijs te zetten en daar danseducatie naar een hoger niveau te brengen door meer diepgang te bieden. Onthoud daarbij vooral het belang van je eigen kennis uitdragen! Uit de gesprekken bleek namelijk dat het belangrijk is om niet op ons eigen eiland te blijven vertoeven, maar ons werkveld te verruimen en te kijken hoe we onze kennis kunnen delen met spelers in het onderwijs. 

Een van de mogelijkheden daartoe zijn de lerarenopleidingen (pabo’s) waar leerkrachten in spe kennis kunnen maken met de bovenstaande elementen. Zo weten ze steeds beter de weg te vinden om zelf, of in samenwerking met een dansdocent, een betekenisvolle dansles te geven. Maar ook de klasvloer delen tussen dansdocent en klasleerkracht kan een ontzettend mooie synergie teweegbrengen. Deze samenwerkingen met leerkrachten in het basisonderwijs zijn van cruciaal belang voor een dansdocent. Het draagt niet alleen bij tot de verankering van ons vak in het onderwijs, maar stimuleert bij leerkrachten ook waardering voor het dansvak en de kennis en expertise van de dansdocent.

Want willen we dans in het basisonderwijs beter verankeren en de meerwaarde uitdragen? Dan moeten we inzetten op een EN-EN-verhaal, en dat op twee fronten. Een EN-EN-verhaal waarbij we zowel de artistieke als de geïnstrumentaliseerde waarde van dans uitdragen. Dus: zowel de leerdoelen van dans nastreven, als dans gebruiken om leerdoelen uit andere vakken te versterken. Een EN-EN verhaal van dansdocent én klasleerkracht, die elkaar niet vervangen maar samenwerken en openstaan om kennis te delen.

Stappen jullie met mij mee in het EN-EN-verhaal?


WERKPLEZIER & DIDACTIEK

Over één ding zijn dansdocenten het allemaal eens: wat een uitdagend en veelzijdig beroep hebben wij! Door middel van dans kunnen wij leerlingen begeleiden in hun algemene leerproces. Aan de hand van verschillende didactische werkwijzen leren we ze elke keer dat stapje meer. En dat geeft ons voldoening. Als dansdocent sta je er echter ook vaak alleen voor. Het is vaak creatief zoeken naar oplossingen voor de problemen waar je tegenaan loopt. Hoe bereid je je schooljaar voor? Hoe ga je te werk binnen verschillende contexten? Hoe gaan we de eindvoorstelling vormgeven? Maar vooral… Hoe behoud ik plezier in mijn beroep? Dat alles lees je in de rubriek ‘Werkplezier & Didactiek’!

Maud Tielemans

Maud Tielemans is redacteur voor de rubriek ‘In de spotlight’. Ze studeerde danseducatie (BA) en kunsteducatie (MA) bij Codarts Rotterdam. Daarnaast studeerde ze kunst- en cultuurmanagement aan de Universiteit Gent. Tot haar opdrachtgevers behoren Codarts Rotterdam, de lerarenopleiding Karel de Grote in Antwerpen, Kunstacademie Halle, de Dutch Don't Dance Division en de Nederlandse Dansdagen. Ze is uitvinder van de DoeDoos 'OnweerDANSbaar'. En in 2023 publiceert ze haar eerste dansboek 'Zeppelin: inspiratiegids dansexpressie in het lager onderwijs'. Voor Dansdocent.nu gaat ze in gesprek met inspirerende dansdocenten uit Vlaanderen. Maud Tielemans was tevens redacteur ‘Werkplezier & Didactiek’ van 2019 tot 2021.