5 tips van Astrid Spit voor danslessen met peuters en kleuters

Astrid Spit. Fotograaf: Ezme Hetharia.

MUZIEK & LESMATERIAAL | Heb jij al eens onze mooie lesplannen voor peuterdans en kleuterdans gebruikt? Sinds een jaar delen we op Dansdocent.nu maandelijks een nieuw lesplan voor danslessen met peuters en kleuters. Een van onze redacteuren voor deze rubriek is Astrid Spit uit Hengelo. Zij geeft wekelijks les op diverse basisscholen en heeft al twee prentenboeken geschreven. In dit artikel deelt ze haar tips en ervaringen, zodat ook jij deze leuke uitdaging aan durft te gaan! 

Lesgeven aan peuters en kleuters

Dans jij graag met peuters en kleuters? Dan weet je vast dat dit soms als vanzelf gaat, maar dat het ook af en toe een uitdaging is. Deze jonge doelgroep is namelijk erg enthousiast en beweeglijk, maar kan ook tegendraads zijn. Die weerstand tijdens de dansles hoeft niet altijd onwil te zijn. Het kan ook betekenen dat een kind moe, angstig of overprikkeld is. In de drukke weken rondom Sinterklaas en Kerstmis heerst er bijvoorbeeld meer onrust in de les. Of tijdens kijklessen. Hoe zorg je er dan voor dat jouw les toch rustig verloopt en iedereen mee blijft doen? Graag deel ik een aantal tips met jullie die voor mij goed werken.

Tip 1

Houd vast aan een duidelijke structuur. Voor jonge kinderen is het belangrijk dat ze weten wat er komt, dit geeft hun vertrouwen. Je zult merken dat een vaste op- en afbouw van je dansles zorgt voor rust. Ik start iedere dansles in de kring met een namenrondje. Als de peuters of kleuters hun naam horen, mogen ze een rondje draaien of 'kunstje' laten zien. En ik sluit de peuterlessen altijd af met een stempel. Ze weten dan dat dit het einde van de les is.  En ze zijn super trots op hun stempel. Van ouders hoor ik vaak dat ze hun stempel de hele dag aan iedereen laten zien die ze tegenkomen. Zo leuk! 

Binnen zo’n vaste lesopbouw kun je dan naar hartenlust afwisselen. Maar hierbij geldt dat als je afwisselt, je wel vooraf duidelijke instructies moet geven. Bijvoorbeeld: als je vier weken lang een sjaaltje hebt gebruikt als bloem en je wilt datzelfde sjaaltje ineens gaan gebruiken als vleugel van een vlinder, geheid dat er dan opstand komt! Maar introduceer je dit vooraf door eerst te benoemen dat je de bloem gaat omtoveren tot vleugel, en bedenk er eventueel nog samen een toverspreuk bij. Dan zullen de kinderen wel meegaan in de fantasie en zonder moeite van jou aannemen dat het zo is. 

Tip 2

Geef de kinderen iedere dansles een eigen plekje in de kring. De meeste kinderen weten hun plek goed te onthouden. De jongste peuters kunnen zich weleens vergissen, maar dan is er altijd een andere peuter die hen daarop wijst. Het levert eigenlijk nooit strijd op. De enige strijd die er af en toe is, is wie er naast juf mag zitten. Dit gebeurt vooral bij de kleuters. Daarom houd ik dit nu bij op de namenlijst, zodat iedereen een keertje naast mij mag zitten.

Je kunt kinderen een eigen plek geven door stukjes tape op de grond te plakken in een cirkel. Of gebruik geplastificeerde plaatjes in het thema waarover je danst, met een stukje dubbelgevouwen tape achterop om ze op de vloer vast te plakken. Of koop verschillende kleuren placemats bij de Action. Die zijn niet duur en voor van alles te gebruiken. Inmiddels heb ik al gele zonnen, paaseieren, muizenholletjes en een heel planetenstelsel verzameld.

Zodra je merkt dat het chaos wordt, of je als je een nieuwe dansoefening wilt introduceren, vraag je de kinderen om hun eigen plekje op te zoeken. Binnen no time is er dan weer een mooie kring ontstaan en kun je vanuit rust verdergaan met de les. Een manier om de kinderen naar hun eigen plek te wijzen kan door bijvoorbeeld te zeggen: “Jullie mogen even uitrusten op je bloem”, “Kijk maar of jullie vlinder niet is weggevlogen”, of “Neem maar een lekker hapje van je eigen taart.” 

Tip 3

Go with the flow! Waarschijnlijk heb je vooraf de dansles goed voorbereid. Lijk je op mij, dan heb je de dansles zelfs al meerdere malen thuis geoefend en in den treure aangepast en aangevuld, net zo lang tot hij helemaal perfect is. Tenminste, zoals jij hem perfect vindt. Eenmaal in de zaal kan het namelijk voorkomen dat de kinderen iets heel anders van jou verlangen, geen behoefte hebben aan hetgeen jij vooraf hebt bedacht, of zelf iets anders verzinnen. Probeer dit niet direct af te wimpelen. Bedenk hoe je dit kunt toepassen in jouw bedachte dansles. 

Onlangs deden we de ‘lichaamsdans’ en kregen de kinderen van mij een bloem waarmee ze hun hele lijf wakker mochten maken. We begonnen bij ons hoofd, langs de wangen, nek, hals, armen, buik en zo verder helemaal naar beneden. Een dans op rustige muziek, die de meeste kinderen heerlijk ontspannen vinden. Nu was er een meisje dat hier al snel klaar mee was. Ze zei: “Kijk juf, mijn bloem kan rondjes draaien” en ze draaide wild met haar bloem in het rond. 

Je kunt in dit geval twee dingen doen. Proberen haar alsnog de oefening te laten doen, zoals jij deze had bedacht, met waarschijnlijk als gevolg dat ze geen zin meer heeft of helemaal niet meer meedoet. Of je speelt hierop in! Ik koos voor het laatste en gaf als reactie dat haar bloem echt mooi kon draaien. Het leek wel of ze met haar bloem in een grote pan soep aan het roeren was. “Zullen we anders bloemensoep maken?” Daar hadden de peuters wel zin in en even later waren we met zijn allen lekker ‘in de pan aan het roeren’. Iedereen blij!

Tip 4

Denk eraan de lesstof te herhalen, herhalen, herhalen. Iedereen kent de kracht van herhaling, maar vergeet niet om  dit ook daadwerkelijk toe te passen. Zelf heb ik namelijk de neiging om te snel over te willen stappen naar iets nieuws. Soms omdat ik zelf toe ben aan iets anders, maar vaak ook omdat ik denk dat ouders graag willen dat hun kind iets nieuws leert. Maar dit is een aanname van mij en hoeft helemaal niet zo te zijn. 

Ik heb gemerkt dat jonge kinderen zeker wél behoefte hebben aan herhaling! Er wordt nu nog steeds gevraagd naar de dansjes van de eerste cursus van dit seizoen, en zelfs naar die van vorig seizoen. Ik heb daarom besloten om vast te houden aan herhaling, in het belang van het jonge kind. Zo is de lichaamsdans, die ik kort beschreef bij tip 3, bijna altijd in mijn les verwerkt. In de lente met een bloem, in de herfst met een blaadje, rond Sinterklaas met een (pieten)veer. Stiekem dan toch wel elke keer net even anders.

Alleen door regelmatig oefeningen te herhalen, kunnen jonge kinderen zich dingen eigen maken. Kinderen leren zo verbanden zien en begrijpen hoe dingen werken. Waar wij als volwassene het idee hebben steeds weer hetzelfde dansje te doen, ontdekken de kinderen iedere keer een nieuw aspect. De ene keer draaien ze alleen met de armen, de volgende keer alleen met het hoofd en die keer erop merken ze dat ze beide tegelijk kunnen draaien. Maar ook wanneer een kind niets nieuws leert door het herhalen, blijft het plezier beleven aan steeds hetzelfde dansje of liedje. Gewoon omdat het veilig voelt en omdat het leuk is. Hoe heerlijk is het als je eindelijk een dans zonder nadenken kunt dansen, dan pas kun je echt genieten! 

Tip 5

Dans en beweeg met materialen. Jonge kinderen leren door middel van hun zintuigen: door te voelen, te zien, te ruiken en proeven. Dansen met materialen zorgt sowieso voor veel plezier en betrokkenheid, maar daarnaast kun je kinderen er dus ook veel mee leren. Favoriet zijn vaak de danssjaaltjes in verschillende kleuren, muziekinstrumenten en hoepels. Steeds meer dansscholen maken ook gebruik van rivierstenen van Gonge en de stapelstenen van Stapelstein, waarmee je een geweldig parcours kunt maken en kinderen hun balans leren beheersen. 

Mijn favoriete dansmateriaal op basisscholen is Sjors, een buigbaar skelet. Op school krijgen de kinderen dans aangeboden zonder dat ze hier zelf (of hun ouders/opvoeders) voor hebben gekozen. Als ik Sjors bij me heb doet iedereen altijd enthousiast mee, ook de kinderen die vooraf zeggen dat ze niet kunnen dansen of dat ze dansen stom en saai vinden. Ik heb Sjors geïntroduceerd tijdens mijn Halloween lessen. Ik vertelde dat Sjors net als zij heel veel van dansen hield en dat hij hen graag een dans wilde leren. Daarna zette ik de muziek aan en mochten ze proberen Sjors precies na te dansen. Sjors is ook heel leuk om te gebruiken tijdens thema lessen over het lichaam.


MUZIEK & LESMATERIAAL - KLEUTERS

Als dansdocent ben je veel tijd kwijt met voorbereiding. Uren die niet betaald worden. Vooral muziek zoeken voor een nieuwe les is een hels karwij. Wie kent er nog een leuk liedje over de winter? Of over vlinders? Leeuwen? Bijen? En welke oefening doen we daar bij? Help! Onze redacteur Muziek & Lesmateriaal schrijft artikelen met oefeningen en lesplannen voor danslessen voor peuters en kleuters. Deze worden vergezeld van muzieksuggesties, zodat jullie nooit meer lang hoeven te zoeken naar een geschikt muzieknummer!

Astrid spit

Astrid Spit is redacteur Muziek & Lesmateriaal voor peuters & kleuters. Ze volgde de opleiding tot peuter- en kleuterdansdocent bij Dingjan Peuterdansonderwijs in Rotterdam. Vervolgens deed zij de Taaldans® en Rekendans® cursus bij Studio Swing van Lenneke Gentle. Daarnaast volgde zij verschillende trainingen, waaronder ‘Muziekkwartier’ van Félice van der Sande, en ‘Danswijs met het jonge kind’ van Marsha Kester. Sinds 2019 heeft Astrid haar eigen dansschool speciaal gericht op het jonge kind. Hiernaast geeft zij wekelijks op diverse basisscholen taal- en rekendanslessen aan peuters en kleuters. Voor Dansdocent.nu zet Astrid zich in om andere dansdocenten te ontlasten door het maken van kant-en klare-lesplannen.