Internationale dansdidactiek: gluren bij de ‘theoretische’ buren

Fotograaf: Sjoerd Derine.

Fotograaf: Sjoerd Derine.

WERKPLEZIER & DIDACTIEK | In docentenopleidingen in Nederland en Vlaanderen staat het ontwikkelen van didactische vaardigheden steevast op het menu. Maar waar doe je inspiratie op na je opleiding? En stemt wat in de opleidingen geleerd word en op de werkvloer plaatsvindt overeen met internationale dansdidactische inzichten? In dit artikel vind je een vergelijking tussen de Nederlands-Vlaamse en internationale literatuur. Wat kunnen we leren van danspedagogen uit de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland? Een extra lang artikel boordevol inspiratie en met vele boekentips voor verdieping en bijscholing!

Didactiek, een korte opfriscursus...

Een dansdocentenopleiding biedt haar studenten de vakken (dans)didactiek en pedagogiek aan. Gediplomeerde dansdocenten hebben daardoor na hun opleiding enkele pedagogisch-didactische vaardigheden onder de knie. Boeken als Dans in Samenhang van Vera Bergman (2007) en Dans! Praktisch handboek voor het basisonderwijs van Heijdanus, van Nunen, Hueskens & Verhallen (2019) passeren standaard de revue. Ze leggen de basis voor de dansdidactische kennis van dansdocenten in Nederland en Vlaanderen. Maar wat betekenen deze vakdomeinen ook alweer? 

De Nederlandse taal bezit de interessante mogelijkheid om een onderscheid te maken tussen onderwijs en opvoeding, tussen pedagogiek, didactiek en onderwijskunde, en tussen scholing en vorming (Biesta, 2011). Pedagogiek is een overkoepelende term voor de wetenschap die de opvoeding van kinderen bestudeerd. Het wordt ook wel onderwijsleer genoemd. De term komt van het Griekse woord ‘paidagoogia’. Dit betekent ‘kinderleiding’ en heeft betrekking tot opvoeden (Schipper-Van Veldhoven, 2016). 

Didactiek wordt vaak gerekend tot een onderdeel van pedagogiek, of van haar subdiscipline onderwijspedagogiek (van Straalen, 2019). Didactiek is de theorie van kennisoverdracht, vaardigheden en inzicht, waarbij centraal staat hoe een leerkracht deze kennis en vaardigheden overbrengt naar de leerlingen. Didactiek behandelt de regels en de kunst van het onderwijzen. Het geeft handvatten voor het motiveren van leerlingen en het goed opbouwen van lessen. Dit vak komt in elke lerarenopleiding voor (wijleren.nl, 2019). 

Zijn didactische vaardigheden aan te leren of aangeboren? Ik geloof erin dat er zeker een talent nodig is voor het overdragen van dans, maar er is veel ontwikkelbaar als er behoefte is om te doceren. Soms is een student van nature al een goede docent, maar is de impliciete vaardigheid nog niet expliciet.
— Ingrid Stoepker, opleidingshoofd Docent Dans Codarts

Nederlandstalige dansdidactiek

In de Nederlandse en Vlaamse literatuur bestaan, naast verschillende kunsteducatieve didactieken, enkele boeken van gevestigde danspedagogen. Samen verzamelen zij daarin een basis voor dansdidactische kennis. Een ‘must have’ op de boekenplank is Dans in Samenhang: een flexibele methodiek van Vera Bergman (2007), een expert op het gebied van de danseducatie in Nederland (Miert, 2018). Bergman schreef dit boek speciaal voor dansdocenten en studenten in opleiding. Ze vindt dat dansdocenten een brede kijk op hun vak moeten hebben..  Ze stelt de leerlingen centraal en houdt rekening met verschillende intelligenties. Verder bekijkt ze dans volgens vijf benaderingswijzen: het technische, reproductieve, expressief/creatieve, choreografische en het receptief/theoretische. 

Een recenter boek is DANS! praktisch handboek voor het basisonderwijs van Heijdanus, van Nunen, Hueskens & Verhallen (2019). Dit boek focust zich op het primair onderwijs, net zoals Dans’es van Van Nunen en Bouwmeester (2019), met praktische voorbeelden. Voor peuters en kleuters is er dansdidactiek in de multidisciplinaire methode Kadans van Schonewille, Verhoeff en Denkers (2011). De Dansspetter- boeken van Maria Speth zijn een didactische inspiratie voor iedereen die werkt met kinderen van 3-18 jaar. Dans, theorie en praktijk voor het VO van Maedy de Miranda-Tol biedt zowel een leerlingen- als docentenhandboek aan voor dans als examenvak op de middelbare school. 

In Vlaanderen is het boek Zeppelin van Koen Crul (2017) rond Muzische Vorming, waarin ook dans aan bod komt, een bekend exemplaar van dansdidactiek. Het boek Nelson’s dansboek van Dafne Maes (2016) en Anne-Lore Baeckeland’s interessante inzichten in de workshopreeks The toddler as a teacher staan eveneens garant voor een stevige basiskennis en inspiratie in het werken met kleuters. De Vlaamse kunst en erfgoed stichting Mooss schreef daarnaast een kunsteducatieve methodiek waarin dans ook behandeld wordt. 

Deze Nederlands-Vlaamse publicaties komen overeen qua inhoud, doelen en werkvormen van dansdidactiek. Er wordt vaak gesproken wordt van ‘leren over, van en door dans(Heijdanus, van Nunen, Hueskens & Verhallen,2019). Ook wel productieve, reflectieve en receptieve dans genoemd (Maes, 2016). Dit vertaald zich in het gebruik van danselementen lichaam/ruimte/tijd/kracht, thema’s, verhalen (voorbeeld: Dans’es), abstracte gegevens (voorbeeld: vakexamen dans) of op basis van doelstellingen. Zoals motorisch, sensorisch, affectief, creatief, sociaal en cognitief (Bergman, 2007). Voor de binnenschoolse primaire schoolcontext worden de kerndoelen kunstzinnige oriëntatie van SLO (2019) gehanteerd. In Vlaanderen zijn dit de onderwijsdoelen voor muzische vorming, waartoe dans behoort.

Het bovenstaande is een opfrissing van dansdidactische kennis uit eigen regio. Maar hoe zit het op internationaal gebied? Stemmen deze Nederlandstalige dansdidactische bronnen overeen met het internationale veld? Let’s see! 

Wat is voor mij de definitie van (dans)didactiek? Didactiek is de leer over hoe vaardigheden, kennis, leerhouding en technieken kunnen worden overgebracht/onderwezen aan leerlingen door een leerkracht.Voor mij zit het verschil tussen ‘gewone didactiek’ en dansdidactiek in de kernvaardigheden van de gekozen discipline. Waar ligt binnen een vak de kern en hoe bereik je die zo effectief mogelijk?
— Marijke Lips, docent op Codarts

Wil je verder lezen? En meer weten over daseducatie en didactiek in de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland? Log dan in om toegang te krijgen tot de rest van dit artikel!


WERKPLEZIER & DIDACTIEK

Over één ding zijn dansdocenten het allemaal eens: wat een uitdagend en veelzijdig beroep hebben wij! Door middel van dans kunnen wij leerlingen begeleiden in hun algemene leerproces. Aan de hand van verschillende didactische werkwijzen leren we ze elke keer dat stapje meer. En dat geeft ons voldoening. Als dansdocent sta je er echter ook vaak alleen voor. Het is vaak creatief zoeken naar oplossingen voor de problemen waar je tegenaan loopt. Hoe bereid je je schooljaar voor? Hoe ga je te werk binnen verschillende contexten? Hoe ga je om met blessures? Hoe gaan we de eindvoorstelling vorm geven? Maar vooral… Hoe behoud ik plezier in mijn beroep? Dat alles lees je in de rubriek ‘Werkplezier en Didactiek’!

Maud klein.png

Maud Tielemans

Maud Tielemans is redacteur Werkplezier & Didactiek. Ze studeerde danseducatie (BA) en kunsteducatie (MA) bij Codarts. Daarnaast studeerde ze kunst- en cultuurmanagement aan de Universiteit Gent. Momenteel werkt ze als docent pedagogiek bij Codarts, als onderzoeker aan LUCA School of Arts en als dansdocent bij het DKO in Vlaanderen. Voor dansdocent.nu vertaalt ze wetenschappelijk onderzoek naar praktische tips zodat dansdocenten het hele jaar door met plezier lesgeven.