In de spotlight: docent kunsteducatie Gabriela Acosta Camacho
INTERVIEW | Gabriela Acosta Camacho (32 jaar) zet zich in om nú met inclusiviteit en diversiteit aan de slag te gaan! Tijdens de master Kunsteducatie heeft ze stappen gezet om deze thema’s te integreren in de danslessen bij haar eigen school Dans- en Balletschool Amstelveen en in de lessen kunsteducatie die ze geeft in het hbo. Maatschappelijke vraagstukken vanuit verschillende perspectieven bekijken, kansengelijkheid vergroten, discipline overstijgend werken, Gabriela heeft een missie en durft daar ook voor te gaan!
Waar heb jij jouw eerste danspassen gedaan?
Dit was in Benin, een land in Afrika. Mijn vader (Mexicaans) en moeder (Nederlands) hebben elkaar ontmoet in Mexico, maar zijn in Benin gaan wonen in verband met mijn moeders werk als projectmedewerker basisgezondheidszorg. Ik had een oppas, Antoinette, die me overal mee naartoe nam in een doek gewikkeld op haar rug. De mythe gaat dat daardoor het ritmegevoel van jongs af aan al in het lichaam van het kind komt en in werking wordt gezet. Het kind voelt die stappen in het lijf, de voeten die contact maken met de aarde. Het is natuurlijk een mythe, maar ik geloof het graag!
Zodra ik kon staan, danste ik met kinderen uit de buurt. We leefden in een dorp waar de gemeenschap heel belangrijk was en waar veel buiten werd geleefd. Op oude videobeelden van toen heb ik gezien dat ik toen ik jarig was echt graag wilde dansen. Dus ik zette alle kinderen in een kringetje en nodigde ze één voor één uit om te dansen en er een echt feestje van te maken. Dat is mijn kennismaking geweest met samen dansen en verbinding maken. Mijn eerste ‘echte’ dansles was in Nederland (Wageningen) toen ik 5 jaar was. Dit was een les Algemene Dansante Vorming (ADV).
Waar heb jij de opleiding tot dansdocent gevolgd?
Uiteindelijk kwam ik, na veel audities, als eerste op de wachtlijst te staan bij de bachelor Docent Dans van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (AHK). Dat was heel erg spannend, want ik wilde per se in Amsterdam studeren! Als kind wilde ik al naar Amsterdam verhuizen. Later ben ik erachter gekomen dat dit te maken had met de verschillende culturen die er wonen, leven en werken. En ik heb ook altijd een sterke verbinding gehad met Mexico-Stad, waar een deel van mijn familie vandaan komt. Misschien dat het ‘stadse’ dus als een soort thuis voelde op die manier.
Gelukkig kwam er al snel een plekje vrij op de opleiding. De eerste zes maanden liep ik een beetje als een kip zonder kop rond. Tijdens de halfjaarlijkse beoordelingen hoorde ik van een theoriedocent dat ze twijfels had over mij. Ze zei: ‘Je doet het allemaal wel goed, maar ik weet gewoon niet wie JIJ bent.’ Toen viel het kwartje: oooh, ik mag dus gewoon mezélf zijn en laten zien wie ik ben! Vanaf dat moment ben ik echt gaan vliegen.
Mijn internationale roots werden aangewakkerd en veel meer een onderdeel van mijn persoonlijkheid. De nieuwe visie van de opleiding sloot daar, achteraf gezien, perfect op aan. Het transcultureel werken was al in gang gezet onder leiding van Jopie de Groot en ik zat in het cohort waarin de uitvoering hiervan ook zichtbaar uitgerold werd. We gingen samenwerken met het Afrikaanse eigentijds choreografisch centrum École des Sables in Senegal, wat daarna is uitgegroeid tot een structureel samenwerkingsverband. Dit riep voor mij heel veel herinneringen uit Afrika op en gaf me echt het gevoel van ‘ik moet hier nu zijn’.
Alles klopte: de internationale stad met verschillende culturen, het opleidingsgebouw de ATD (Academie voor Theater en Dans, red.) wat voelde als thuiskomen, het transcultureel werken, de stages met pittige doelgroepen (onder andere in Amsterdam-Zuidoost en de favela’s - sloppenwijken - van Rio de Janeiro). Voor mij is de opleiding een soort basis geworden van waaruit ik kon groeien tot de docent en mens die ik nu ben. Al met al één van de beste keuzes die ik in mijn leven gemaakt heb!
Welke dansdocent heeft de meeste invloed gehad op de dansdocent die jij geworden bent?
De toenmalige artistiek leider van de opleiding Docent Dans, Jopie de Groot, zie ik wel als rolmodel. Hoe zij met haar visie over transcultureel werken met zoveel geduld jarenlang de opleiding stukje bij beetje gevormd heeft tot de mooie opleiding die het nu is, dat vind ik ongelofelijk. Ze heeft, vanuit mijn perspectief gezien, zoveel mensen geholpen en verder gebracht door heel goed te luisteren en door mensen met heel veel respect te behandelen.
Toen ik als dansdocent op het Bindelmeer College ging werken, in Amsterdam-Zuidoost, werden we collega’s. Jopie werkte daar toen als cultuurcoördinator. Op deze plek werd mijn beeld van lesgeven aangescherpt: dat de leerlingen plezier laten beleven met dans belangrijker is dan techniek aanleren en dat dans een middel kan zijn om anders te leren kijken. Tijdens associatie- en improvisatieopdrachten kwamen er bij de leerlingen steeds meer persoonlijke verhalen los. Hier werd zo sterk benadrukt dat mensen in een hokje geplaatst kunnen worden door de maatschappij en hoe moeilijk het is voor deze jonge mensen om daaruit te komen. Dat heeft indruk gemaakt en me heel erg gevormd.
Jopie heeft me geleerd hoe je bij jezelf blijft, om te blijven relativeren, hoe je inclusief kunt denken en handelen, en wat het belang is van jezelf en anderen heel veel vragen te stellen. Dat werk kan best heftig en frustrerend zijn, maar met geduld en ministapjes toch vooruitgang boeken… Jopie is voor mij het bewijs dat het kan!
Ben je daarom de master Kunsteducatie gaan volgen?
Door mijn levensloop in combinatie met stages en mijn werkervaring zag ik dat kansengelijkheid niet iets vanzelfsprekends is. Ik was op zoek naar een manier om verder te professionaliseren. Een vriendin vroeg of ik meeging naar de informatieavond voor de master Kunsteducatie van de AHK. Toen dacht ik: dit moet ik volgens mij gaan doen om beter te kunnen vatten wat ik eigenlijk aan het doen ben in mijn kunsteducatieve praktijk.
In 2017 ben ik met de master begonnen en voor mijn afstudeerjaar onderzocht ik samen met mijn klasgenoot en collega Carmen Lamptey hoe je een meer inclusief curriculum kunt ontwikkelen (Curriculum in multiperspectief). Als startpunt moet een opleiding in ieder geval eerlijk durven kijken naar de vaste structuren en patronen in de organisatie, en bereid zijn aanpassingen te doen in het vigerende curriculum: vanuit welke culturele perspectieven worden de aspecten van het leerplan benaderd? Wie en wat sluit je daarmee uit?
In 2019 studeerde ik af en in dat jaar won ik ook de ECHO Award - een prijs voor excellent talent met een niet-westerse achtergrond in het hoger onderwijs. De jury gaf aan dat ze onder de indruk waren van de manier waarop inclusie en diversiteit een integraal onderdeel vormden van mijn opleiding en werkpraktijk. Het was een grote verrassing en het voelde heel bizar om deze prijs te winnen!
Bij welke organisaties en studio's geef jij momenteel les?
Sinds 2016 ben ik eigenaar van Dans- en Balletschool Amstelveen. Tegenwoordig geef ik zelf alleen nog op de woensdagmiddag les, aan leerlingen van 4 tot 12 jaar. De 4- en 5-jarigen krijgen ADV, de andere lessen zijn modern/contemporary met een basis van klassiek ballet. Vanwege mijn andere werkzaamheden vraag ik mezelf vaak af of ik de dansschool nog wel wil. Het kost relatief veel tijd en financieel is het ook niet heel aantrekkelijk om te doen, zeker in de COVID-periode. Maar ik besef toch: die woensdagmiddag is me heilig! Het is bijna een soort mindfulness geworden na al die jaren. Ik zie het echt als mijn speelveld. Dus zolang het kan, hoop ik dit erbij te kunnen blijven doen.
Naast deze danslessen geef ik ook les in kunsteducatie, onderwijskunde en onderzoeksvaardigheden in het hbo. Zoals aan de bachelor Docent Dans op de AHK, aan de opleiding Docent Muziek op het Conservatorium van Amsterdam, en aan de bachelor Docent Muziek op Codarts Rotterdam. Bij de master kunsteducatie van de AHK, die ik dus zelf heb gedaan, ben ik sinds 2021 ook programmacoördinator, docent kunsteducatief project (ad interim) en mentor.
Met welk thema ben jij momenteel in jouw danslessen bezig?
Inclusie en diversiteit zijn belangrijke thema’s die eigenlijk in al mijn lessen (zowel de danslessen als kunsteducatieve en theoretische lessen) terugkomen. Hier horen samenwerking, verbinding aangaan en groepsvorming ook bij. In de danslessen maken de leerlingen spelenderwijs kennis met de verschillende onderwerpen: de 4- en 5-jarigen met allerlei dansspelletjes bij ADV, en de oudere leerlingen via improvisatieopdrachten.
Ik gebruik alle mogelijke muziek die je maar kunt gebruiken. Als je mijn Spotify Wrapped-lijst zou zien, zou je kunnen denken dat ik schizofreen ben. Het gaat alle kanten op (lacht hardop). Muziek uit verschillende werelddelen laten je ook weer anders bewegen en experimenteren, dat vind ik heel belangrijk in de lessen. Ik heb dit ook van Ineke de Beurs, de voormalig eigenaresse van de dansschool, meegekregen en overgenomen. Het werkt zo inspirerend!
Voor mijn lessen in het hbo gebruik ik casussen waarbij verschillende verhalen en mensen centraal staan. Ik vraag de studenten om met een kritische blik naar zichzelf te kijken: wie ben je, wat is je achtergrond, waar wil je naartoe? Ook probeer ik hen aan te moedigen goed naar hun leerlingen te kijken en te luisteren, en hun verhalen (waar ze vandaan komen, wat ze hebben meegemaakt, etc.) als uitgangspunt voor de les te gebruiken. Op die manier komen inclusie, diversiteit en verbinding weer aan bod.
Wil je Gabriela in actie zien? Kijk dan naar aflevering 4 van Klassen. Vanaf 20:20 zie je hoe ze lesgeeft bij De Vier Windstreken in Amsterdam, en vanaf 32:44 zie je haar in de schouwburg.
Waarom is inclusie en diversiteit zo belangrijk voor jou?
Als we hier nu geen gehoor aan geven, geen ruimte voor maken, dan kunnen we in de meest extreme vorm niet overleven met elkaar. Mensen gaan langs elkaar heen leven, er ontstaat verdeeldheid en zo worden slechte leefomstandigheden gecreëerd en in stand gehouden. Dat is waarom het belangrijk is. Inclusie en diversiteit betekenen voor mij: je veilig kunnen voelen om jezelf te zijn in alle vormen die we als mensen hebben. De ruimte hebben om jezelf te ontplooien, met vallen en opstaan. Daarbij is het belangrijk om je ruimte ook te (kunnen) delen met anderen door hen te zien, te horen, te waarderen en elkaar te helpen waar nodig - maar ook gewoon omdat het kan.
Met mijn docentschap heb ik het idee dat ik kan bijdragen aan het maken van een verschil. Het verbinden van verschillende werelden en mensen zie ik als mijn rol. Ik hoop dat in mijn docentschap mee te kunnen geven aan andere generaties. Ik kom nu ook in een positie dat mijn netwerk steeds groter wordt en ik mensen steeds meer aan elkaar kan koppelen. Opdrachtgevers en instanties vertrouwen mijn inzicht hierin. Het is helemaal tof als er een goede match ontstaat en net afgestudeerden zo verder kunnen groeien en ontwikkelen in het werkveld. Dat vind ik heel mooi!
Wat is jouw grootste droom om nog als dansdocent te verwezenlijken?
Ik twijfel, zit met twee gedachtes in mijn hoofd: Waar zou ik meer impact kunnen maken, meer kunnen betekenen? Is dat ‘op de vloer’ bij de jongeren (kinderen en studenten), of meer bij management en directie? Misschien is mijn droom wel de combinatie van deze twee gedachten: én zelf met de jongeren werken én als leidinggevende zorgen dat het beleid van het onderwijssysteem in Nederland grote veranderingen ondergaat wat inclusie en diversiteit betreft. Genoeg te doen dus!
IN DE SPOTLIGHT
Dansdocent ben je omdat het je passie is, maar wat meer respect en erkenning zou ook fijn zijn. Toch? Daarom interviewen wij regelmatig leden van Dansdocent.nu om hen in de schijnwerpers te zetten en de aandacht te geven die zij verdienen. We vragen hen waarom ze dansdocent zijn geworden, hoe ze het ervaren en wat ze nog zouden willen meemaken. Ook interviewen we regelmatig vooraanstaande en populaire dansdocenten. Laat je inspireren door deze mooie mensen!