Een goede start: tips en oefeningen voor de eerste danslessen met (jonge) kinderen
MUZIEK & LESMATERIAAL | Komende weken beginnen dansdocenten weer met het geven van danslessen. Hoe zorg je voor een spetterende start? Waar moet je rekening mee houden bij nieuwe leerlingen? In dit artikel geeft Rimke Saan je tips en concrete oefeningen en muzieksuggesties mee. Ze bespreekt de introductie van de les, alternatieven voor het welbekende namenrondje en het belang van kennismaken voor de groepsvorming. Bij elk onderwerp vind je oefeningen terug, inclusief differentiatie voor verschillende leeftijden. We wensen je een goede start van dit seizoen!
Een nieuw dansseizoen
Het is midden augustus. Na een heerlijke vakantie komen langzaam de (dans)scholen weer op gang. De danskleding wordt uit de la getrokken en nieuwe les plannen worden gemaakt. Ik ben vast niet de enige met minstens drie nieuwe outfits. En schoenen. Notitieboekjes niet te vergeten. Of je nu staat te popelen of dat je, zoals ik, nog wel een paar weekjes extra vakantie had gewild, we gaan er weer tegenaan: een nieuw dansseizoen!
Een nieuw seizoen betekent ook nieuwe leerlingen. Of dat nou de jongste peuters zijn die net drie jaar zijn geworden of proeflessers bij een groepje dat je al jaren lesgeeft. Soms is er eentje en soms maak je kennis met 28 nieuwe stuiterballen. Soms gaat het vlot, en soms heb je geen idee wat je met ze aan moet en breekt de paniek uit in de eerste vijf minuten van de les. Het blijft elk seizoen weer wennen. Een eerste les draait daarom vaak om kennis maken met elkaar. Wie zitten er in deze groep? Wat kunnen we verwachten? Wie is deze nieuwe juf? En welke regels spreken we af met elkaar?
Vorig jaar schreef ik een artikel over ‘nieuwe gezichten’ met ervaringen en tips voor zo’n eerste les. In dit artikel geef ik je naast nog meer tips ook concrete oefeningen en muzieksuggesties om tijdens je danslessen in te zetten. Dit keer speciaal voor danslessen met (jonge) kinderen. Dat scheelt voorbereiden!
Het introductiepraatje. Of toch maar niet?!
De eerste les start vaak met een introductiepraatje van de juf of meester. Zo leren de kinderen jou een beetje kennen en is alles wat minder spannend. Toch is zo’n introductiepraatje niet heel boeiend. Bovendien komen de leerlingen om te dansen, niet om stil te staan. Dus houdt het kort en bondig!
Daarnaast heb ik gemerkt dat het goed werkt om leerlingen vragen te laten stellen. Ze krijgen dan het gevoel dat je open staat voor hun interesses en leren zo over jou wat zij écht willen weten. Laat bijvoorbeeld iedereen een vraag verzinnen om aan jou te stellen. Als je niet zoveel tijd hebt, of een hele grote groep, kun je ook aangeven dat ze in totaal vijf vragen mogen stellen. Je zal zien dat na dit vragenrondje het ijs is gebroken.
Een ander onderdeel van de introductie is meestal een namenrondje. Dit is voor de docent heel handig, maar ook dit is voor kinderen meestal niet heel boeiend. Ik heb gemerkt dat leerlingen veel meer hun aandacht erbij hebben als je ze ook een persoonlijk feitje laat vertellen. Hun naam en hun lievelingskleur, bijvoorbeeld. Of hun naam en hun lievelingseten. Kinderen vinden dit niet alleen leuk om te delen, maar ook leuk om van elkaar te horen. Als ze elkaars namen al kennen, leren ze zo toch nog iets nieuws over hun dansvriendjes.
Het is natuurlijk ook leuk om aan de namen meteen een oefening te koppelen! Zoals deze hieronder.
Oefening: namendans
Muzieksuggesties
Serieuze sfeer: Djansa - Daniel Waples
Neutrale sfeer: Run Run - Hauschka
Vrolijke/energieke sfeer: Can’t stop the feeling - Justin TimberlakeKinderen leeftijd 4-7 jaar: Maak een grote cirkel. Geef alle leerlingen 1 minuut de tijd om een beweging te verzinnen die ze bij zichzelf vinden passen. Een grote sprong, een draai, een stoere houding. Alles mag, als het maar kort en krachtig is. Vervolgens ga je de kring rond. De docent begint natuurlijk. Je maakt de beweging en roept heel hard je naam. De klas doet dit na. Dan wijs je naar de leerling naast je. Die doet hetzelfde met eigen naam. Zo ga je de hele kring rond. Als je klaar bent is iedereen opgewarmd en zijn de namen bekend.
Kinderen leeftijd 7-10 jaar: Bij leerlingen die al wat ouder zijn kun je oefenen om het rondje steeds sneller te maken. Of van richting/volgorde te veranderen door iemand anders aan te wijzen of - nog beter - iemands naam te noemen. Na een tijdje doet de leerling het niet eerst voor, maar ga je als hele klas gelijk. Meteen een goede oefening voor het geheugen!
Kinderen leeftijd 10+ : Je kunt er ook meteen een warm-up choreo van maken. Dit doe je met de formule ‘Ik ga op reis en ik neem mee’. Dit spelletje kennen ze vast wel! Hoe leuk is het om dit met een beweging te doen en zo samen een dans te maken?! Laat tenslotte de namen weg, zet er een tof muziekje onder en voila! In je eerste les heb je al een dans af.
Kennismaken: Wie is de baas?
Een eerste les van het seizoen is belangrijk voor groepsvorming. Volgens de theorie van Tucker gaat een groep door vier stadia: Forming, storming, norming en performing. Een uitgebreide uitleg hierover lees je in ‘3 tips voor een vlotte start van het nieuwe dansjaar’ dat vorig jaar voor Dansdocent.nu is geschreven door Maud Tielemans. Voor een eerste les is vooral de startfase belangrijk: forming. De naam verklapt het al een beetje. Deze fase start direct na het vormen van een groep. Er vindt een soort onderzoek plaats. Leden van de groep willen elkaar leren kennen, verkennen de grenzen en de sfeer. Vaak wordt al een soort hiërarchie bepaald. Wie zijn de leiders van de groep en wie de volgers? Vergeet niet dat jij als docent nog steeds de touwtjes in handen hebt!
Forming is belangrijk voor een veilige sfeer binnen een les. Het is daarom geen slecht idee om tijdens de eerste les aandacht te besteden aan deze fase. Vooral het kennismaken en het werken aan vertrouwen kun je in een dansles goed gebruiken. Dat kan natuurlijk prima dansend! Hieronder staan een aantal oefeningen die je kunt gebruiken.
Oefening: ordenen en sorteren
Muzieksuggesties
Serieuze sfeer: Niv - Geju
Neutrale sfeer: Ultimatum - Disclosure
Vrolijke/energieke sfeer: Caminho Da Vitoria - Davi Vieira, Jonathon GordonsDe leerlingen lopen of dansen door het lokaal op muziek. Leerlingen die al langer dansen kun je natuurlijk de opdracht geven om te improviseren of juist een bepaalde danspas uit te laten voeren. Telkens als de muziek uit gaat, stoppen de leerlingen en geef je een opdracht. Als de leerlingen klaar zijn, zet je de muziek weer aan het dansen ze verder. De opdracht voeren ze steeds zo snel mogelijk uit, het liefst met zo min mogelijk gepraat. Hieronder een aantal voorbeelden:
Kinderen leeftijd 4-6 jaar:
- Ga naast iemand staan met dezelfde kleur haar.
- Ga naast iemand staan met dezelfde kleur schoenen.
- Alle kindjes met sokken gaan rechts staan en alle kindjes zonder sokken links (daarbij moet je natuurlijk wel even wijzen als docent)
- Ga op de grond liggen als je blauwe of groene ogen hebt en ga op je tenen staan als je bruine ogen hebt.Kinderen 6-8 jaar:
- Maak een groepje met kindjes met dezelfde kleur haar.
- Maak een groepje met kindjes met evenveel broertjes of zusjes.
- Maak een lange rij van klein naar groot.
- Maak een lange rij van oud naar jong.Kinderen 9-12 jaar:
- Maak een rij van lichte naar donkere oogkleur (of haarkleur).
- Maak een rij van grote naar kleine voeten.
- Maak groepjes op basis van oogkleur.
- Maak groepjes op basis van hoelang je al danst.
- Maak een tweetal met degene op wie je het meest lijkt.
Om leerlingen kennis met elkaar te laten maken, kun je leerlingen laten samenwerken. Zo leren ze elkaar niet alleen van een afstandje kennen, maar maken ze meteen fysiek contact. Door verschillende leerlingen aan elkaar te koppelen, maakt meteen iedereen kennis met elkaar. Dit is trouwens niet alleen handig voor de groepsvorming, maar jij als docent hebt nu meteen meer inzicht in wie goed of juist niet goed samen kunnen werken. Hier kun je komende lessen op inspelen door deze leerlingen bijvoorbeeld te koppelen tijdens oefeningen of uit elkaar te zetten in een kring.
Hieronder staan twee oefeningen beschreven waarin leerlingen moeten samenwerken op een toegankelijke manier.
Oefening: ballon-oversteek
Muzieksuggesties:
Serieuze sfeer: Tarfala - Karin Borg
Neutrale sfeer: This is not a Tango - The JuJu Orchestra
Vrolijke/energieke sfeer: Descendo O Morro - Davi Vieira, Jonathon GordonBenodigdheden: ballonnen of ballen
Leerlingen leeftijd 4-8 jaar:
De leerlingen staan klaar in twee rijen aan de zijkant van het lokaal. Elk tweetal heeft een opgeblazen ballon. De bedoeling is dat leerlingen per tweetal het lokaal oversteken. Maar.... zij moeten de ballon tussen zich in houden zonder het te laten vallen. Een aantal manieren daarvoor zijn:- de ballon tussen de buiken
- de ballon tussen de voorhoofden
- de ballon tussen de ruggen of billen
- de ballon tussen de ellebogenLeerlingen leeftijd 8+:
Met leerlingen boven de 8 jaar zou je de groep ook nog kunnen verdelen in groepjes van 4. Eens kijken hoe het dan gaat! Met leerlingen die elkaar wat langer kennen is het ook leuk als laatste opdracht niet een ballon naar de overkant te brengen, maar een heus persoon. In groepjes van minimaal 6 leerlingen opdracht om één van hun naar de overkant te brengen zonder de vloer aan te raken.Oefening: memory-stopdans
Muzieksuggesties:
Serieuze sfeer: We insist - Zoe Keating
Neutrale sfeer: Bossa Per Due - Nicola Conte
Vrolijke/energieke sfeer: Deixa Nao Deixa - Rosa MariaKinderen leeftijd 5-12 jaar:
Verspreid memorykaartjes op de grond. Evenveel kaartjes als leerlingen. Dit kunnen kaartjes uit een echt spel zijn, maar je kunt ze ook simpel zelf maken. Teken op dik papier verschillende vormen (natuurlijk steeds twee van dezelfde). Als de muziek aangaat, mogen de kinderen door de zaal dansen. Hier kun je er weer voor kiezen om de leerlingen gewoon te laten lopen/huppelen of om ze een dansante opdracht te geven. Denken aan draaien, springen, rollen, kruipen et cetera.Als de muziek uitgaat pakt iedereen het dichtstbijzijnde memory kaartje op en kijkt naar het plaatje. Vervolgens zoekt iedereen zo snel mogelijk de leerling met het bijbehorende plaatje. Zodra ze die hebben gevonden staan ze samen in een standbeeld. Het groepje dat als laatste stilstaat, is af. Net als bij de stopdans. Mocht je een oneven aantal hebben, kun je de leerlingen het plaatje laten zien die geen match heeft. De leerlingen die dit kaartje pakt, mag direct stil gaan staan.
Zoals ik al beschreef, wordt tijdens forming gekeken naar de rollen binnen de groep. Er zijn vaak kinderen die meer plek in lijken te nemen en kinderen die zichzelf op de achtergrond houden. Een eerste les kan het daarom fijn zijn een oefening te doen waarin iedereen de kans krijgt om te leiden (en om te volgen). Zo voelen de leider zich op hun plek, maar leren ze ook te volgen. Verder krijgen verlegen en ingetogen leerlingen de kans om leider te zijn. De volgende oefening is hier uitermate geschikt voor.
Oefening: slangendans
Muzieksuggesties:
Serieuze sfeer: Zig Zag - René Aubry
Neutrale sfeer: Dance Monkey (Piano Version) - Daniele Leoni
Vrolijke/energieke sfeer: Move your Feet - Junior SeniorLeerlingen leeftijd 6-12 jaar:
Maak met de hele groep een lange slinger. De slinger is een grote slang en iedereen volgt de kop van de slang. Begin eerst zelf als docent met lopen en laat de rest volgen. Als dit goed gaat, split je de slang in tweeën. Er zijn nu twee slangen die hun eigen route bepalen. Let op, de slangen kunnen niet door elkaar heen! Ze moeten altijd bij hun eigen rijtje blijven.Als dit ook goed gaat, kun je slang nogmaals opdelen. Dit kun je herhalen tot je rijtjes van 3 a 4 leerlingen hebt. Als de slangen hun route netjes kunnen bepalen en goed bij elkaar blijven, geef je aan dat de voorste van de rij ook mag bepalen hoe de slang beweegt. Wel rustig en geleidelijk, zoals een echte slang. Moedig de leerlingen aan hun armen te gebruiken of over de grond te bewegen.
Na een tijdje stop je de muziek en laat je de kop van elke slang achteraan aansluiten. Nu is er een nieuwe leerling die mag kiezen hoe de slang beweegt. Herhaal dit tot iedereen is geweest.
Doe er je eigen sausje overheen
Wiens notitieboekje ligt er nog onbeschreven naast de computer? Ik hoop na dit artikel die van niemand! Met deze oefeningen heb je snel een les gevuld en weet je zeker dat leerlingen op de juiste manier kennis maken. Je kunt ook overwegen om deze oefeningen als warm-up te gebruiken en te verspreiden over de danslessen. Dus iedere week een andere oefening. Bij de jongste kinderen (leeftijd 3-5 jaar) zou ik aanraden zoveel mogelijk dezelfde oefeningen aan te houden.
De oefeningen kunnen natuurlijk perfect een onderdeel zijn van een balletles met de reguliere oefeningen aan de barre of de hiphop les met choreografie aan het einde. Het is een kwestie van de oefeningen je eigen maken en erg je eigen sausje overheen doen
Tijdens de balletles zou je bijvoorbeeld tijdens het memoryspel gebruik kunnen maken van plaatjes met echte ballethoudingen (en hun benamingen). Zo worden deze meteen geoefend. Bij een hiphoples kunnen alle bewegingen in het namenspel natuurlijk hiphop bewegingen zijn. Denk aan de Bart Simpson of aan de Criss Cross. Bij een jazzles kun je proberen de ballonoefening in te zetten met pasjes uit de diagonaal. Met z’n tweetjes een chassé zijwaarts en tegelijk een ballon tussen je rug vast houden. Super leuke uitdaging voor de eerste les!
Kortom, genoeg oefeningen die passen bij jouw nieuwe lessen. Pak er één uit die je aanspreekt of doe ze allemaal. En onthoud: een goed begin is het halve werk!
Weet jij nog een goede oefening (of muziekje) voor de eerste les van het seizoen? Deel die in een opmerking hieronder met je collega’s!
MUZIEK & LESMATERIAAL - Kinderen
Als dansdocent ben je veel tijd kwijt met voorbereiding. Uren die niet betaald worden. Vooral muziek zoeken voor een nieuwe les is een hels karwij. Wie kent er nog een leuk liedje over de winter? Of over vlinders? Leeuwen? Bijen? En welke oefening doen we daar bij? Help! Onze redacteur Muziek & Lesmateriaal schrijft artikelen met oefeningen en lesplannen voor danslessen voor kinderen. Deze worden vergezeld van muzieksuggesties, zodat jullie nooit meer lang hoeven te zoeken naar een geschikt muzieknummer!