Breek door jouw glazen plafond: 18 ontwikkelpunten voor dansschoolhouders

Lenneke geeft je 18 tips voor persoonlijke groei die ook jouw dansstudio helpen groeien!

Lenneke geeft je 18 tips voor persoonlijke groei die ook jouw dansstudio helpen groeien!

ONDERNEMERSCHAP & MARKETING | De mogelijkheden om jouw dansstudio te laten groeien zijn eindeloos. Maar hoe zorg je voor een blik op jouw glazen plafond zodat je er doorheen kunt breken? Zodat jij zelf weer gaat groeien en daarmee de groei van de dansstudio stimuleert? Deze zomer las Lenneke Gentle het boek Nice girls don´t get the corner office van Dr. Lois P. Frankel. Lees snel verder voor 18 tips uit het boek die je dit seizoen nog toe kunt passen! 

Nice girls don’t get the corner office

Het is jouw grote passie om de hele dag met dans bezig te zijn. Je hebt een ballet- of dansschool, het loopt lekker. Gelukkig levert jouw inzet veel op: leuke lessen, dito leerlingen en mooie dansvoorstellingen. Je voelt het in alles: dans is jouw levenswerk. 

Maar diep van binnen knaagt het weleens... ‘s Avonds en in het weekend werken, doorgaan als iedereen al naar huis is. Het grootste deel van de inkomsten gaan naar zaalhuur, personeel en de grote dansvoorstelling. Er is geen geld over om te investeren in de dansschool. Laat staan om te sparen voor je pensioen, arbeidsongeschiktheid of bijscholing. En wanneer is de laatste keer dat je zelf hebt gedanst of naar een dansvoorstelling bent gegaan? Dit is het ‘glazen plafond’ waar veel dansschoolhouders tegenaan lopen. Oftewel, we houden onszelf klein. 

Herken jij je in dit beeld? 

Goed nieuws... dat kan anders! Deze zomer las ik het populaire boek Nice girls don’t get the corner office van Dr. Lois Frankel. Zij is executive coach en expert op het gebied van leiderschapsontwikkeling bij vrouwen. In het boek beschrijft zij hoe wij onszelf klein houden doordat we opgevoed zijn ons als lieve kleine meisjes te gedragen en te lang - als volwassenen - in deze rol blijven hangen. Helder en amusant creëert Frankel een stappenplan naar onze rol als volwassen vrouw. Hierdoor kunnen we meer leiderschap nemen in ons werk en door het glazen plafond breken. 

Ook al hebben wij als dansschoolhouders geen uitzicht op het verkrijgen van een ‘corner office’, wél kunnen wij als dansschoolhouders streven naar een winstgevende dansstudio waarin leerlingen en docenten groeien en waar het team goed betaald krijgt voor de werkzaamheden die ze uitvoeren. Daarom gaan we in dit artikel  aan de slag met Frankel’s praktische tips. Lees snel verder voor de 18 belangrijkste inzichten over hoe vrouwen kunnen groeien in hun werk. Wat houd jou tegen om jouw droom waar te maken?

Deze video maakt duidelijk dat van mannen assertiviteit op de werkvloer meer wordt geaccepteerd dan van vrouwen.

Meisjesgedrag

Meer dan 25 jaar luisterde Frankel tijdens haar werk als psycholoog naar vrouwen die vertelden dat ze buiten de boot vielen bij promoties en tot zwijgen werden gebracht als ze hun ideeën uitten. Honderden vergaderingen observeerde ze, waarin vrouwen onbewust hun geloofwaardigheid aan het ondermijnen waren en hun carriere saboteerden. De mannen hoefden het niet voor ze te doen: ze deden het zelf al. 

Frankel definieert dit gedrag als aangeleerd ‘meisjesgedrag’. Gemiste kansen op werkgebied komen vaak voort uit aarzeling om te laten zien wat je in huis hebt. Dit uit zich in verlegenheid bij vergaderingen en zo hard werken dat je geen tijd hebt om een netwerk op te bouwen. Zodra er mannen in de buurt zijn, doen we ons dommer voor dan we zijn of proberen we onszelf onzichtbaar te maken om te voorkomen dat we hun irritatie opwekken. 

Waarom blijven vrouwen langer in hun meisjesperiode hangen dan goed voor ze is? Het is gevaarlijk om voorbij de grenzen te gaan die in je jeugd, gedefinieerd zijn, bijvoorbeeld door ouders en leraren. Als je dat wel doet, dan vinden mensen dat je je mannelijk of bitchy gedraagt. Al met al is het makkelijker om je op een sociaal geaccepteerde manier te gedragen. Als een meisje dus.

Gemiddeld 500 keer per jaar leg ik het uit: “Je hoeft geen gemeen kreng te worden om te ontsnappen aan het lieve-meisjessyndroom. Je moet aardig zijn om succes te hebben: maar alleen aardig zijn, is niet genoeg. Als je te veel bezig bent met lief en aardig zijn, ontwikkel je andere eigenschappen onvoldoende en kun je nooit op een volwassen manier je doel bereiken. Quit being a girl!
— Dr. Lois Frankel.

Aan de slag!

Vrouwen zijn anders opgevoed dan mannen: we werken ook anders dan mannen. We zijn veel meer bezig met relaties opbouwen en samenwerken. Vanuit onze emotionele intelligentie werken we het liefst aan projecten die ons na aan het hart liggen. Maar dat is niet de volledige werkelijkheid van werken. Daar horen ook bij: onderhandelingen, functioneringsgesprekken, product- en dienstontwikkeling, offertes, facturen en administratie. 

Als dansdocent zijn we opgeleid in een sterk feminine omgeving met veel vrouwelijke rolmodellen. Daarom hebben we waarschijnlijk allemaal nog wat ‘werk’ te doen... Frankel creëerde zes ontwikkelingsgebieden waar vrouwen zich in mogen ontwikkelen om succesvoller te worden in hun werk: 

  1. In gedrag

  2. In denken

  3. In jezelf uiten

  4. In reageren

  5. In uiterlijk

  6. In jezelf in de markt zetten

  7. In leren spelen van het spel dat werk heet

Bij deze ontwikkelingsgebieden horen maar liefst 133 veelvoorkomende fouten van de vrouwen die Frankel begeleidde. Deze fouten blaast zij op humoristische wijze leven in, inclusief concrete coachingstips die je zelf toe kunt toepassen. 

Voor mij persoonlijk was het verhelderend om de inleiding te lezen over het meisjesgedrag en hoe we dit om kunnen zetten naar volwassen gedrag. Uit de uitgebreide test kwamen voor mij een aantal interessante ontwikkelpunten die ik komend seizoen stuk voor stuk ga toepassen. De meest waardevolle punten heb ik hieronder voor jullie samengevat!   

18 ontwikkelpunten voor dansprofessionals

Zelf heb ik ruim zestig collega’s gecoacht in de loop van hun carrière als zelfstandig dansdocent en ballet- of dansschoolhouder. Hierbij de achttien meest herkenbare ontwikkelpunten uit het boek die ook van toepassing zijn op dansprofessionals. 

1 | Sociale media negeren

Alle 3062 vakantiefoto’s, portretten van de kinderen en al jouw persoonlijke gegevens: ze horen niet thuis in sociale media. Google weet tegenwoordig alles van je: dus geef ze iets waarvan je wel wilt dat iedereen het weet. Ga wél lekker voor de dansschool aan de slag met Facebook, LinkedIn, YouTube en Instagram. Twee keer per week een update over je bedrijf, totdat je als vanzelf dagelijks iets post. 

TIP | Wil je meer weten over de do’s en dont’s van jouw online gedrag? Lees dan ook het artikel “Vergroot jouw online presence” van redacteur Thomas van Gerwen.

2 | Wachten tot je krijgt wat je wilt

Het leven is te kort om te wachten. Het werkende leven ook. Wil je iets bereiken dit seizoen? Visualiseer hoe dat eruit ziet, schrijf daarna precies op wie je daarvoor nodig hebt en maak het plan concreet. Zoek in je netwerk de mensen op die je kunnen helpen en vraag het gewoon. Mensen houden van helpen, jij toch ook? Make it happen!

3 | Niet zien wat je achterban nodig heeft 

De vrouwen die ik coachte deden alles voor hun leerlingen. Ze waren zo bezig om het hen naar de zin te maken, dat ze hun team vergaten. En, niet geheel onbelangrijk, zichzelf en de school. Wat is nodig om alles op rolletjes te laten verlopen? 

4 | Danscollega’s neersabelen

Vrouwen worden veel vaker dan mannen op hun tekortkomingen gewezen; dit is zelfs sociaal geaccepteerd. Mannen doen dit voortdurend bij vrouwen, dus het is geen wonder dat minder verlichte vrouwen hun voorbeeld volgen. Not ok! Start met complimenten uitdelen in het openbaar. Constructieve feedback geef je onder vier ogen. 

5 | Aardig gevonden willen worden 

We willen zo graag aardig gevonden worden, dat we verzaken om onze grenzen aan te geven. Vraag je eens af waar het verlangen om aardig gevonden vandaan komt en bekijk hoe vaak je hierdoor voor de ander kiest en jezelf negeert. Maak jezelf een nieuwe overtuiging eigen: Dit vinden anderen misschien niet fijn, maar ik handel in elk geval volgens mijn eigen waarden en normen. 

6 | Financieel afhankelijk zijn

‘Gelukkig kan ik danslessen geven omdat mijn man een goede baan heeft met een auto van de zaak.’ Dit is helaas het zelf gecreëerde glazen plafond voor veel dansdocenten en dansschoolhouders. Hier hoef je geen genoegen mee te nemen. Leer wat je te leren hebt over geld, zoek een boekhouder die je helpt met het opstellen van een financieel plan, open een spaarrekening en start met het hanteren van nieuwe tarieven. 

7 | Denken als werknemer

Een werknemer geeft haar lessen, stelt weinig vragen, int haar salaris, wacht op opdrachten en doet wat er in haar functieomschrijving staat. Zonde! Zo benutten we onze creativiteit niet volledig. Zeker dansschoolhouders kunnen - als ondernemer! - hieruit stappen. Neem een dag per week om te werken aan nieuwe diensten en producten, efficiëntere werkprocessen, maak een meerjarenplanning voor de studio, zoek naar mogelijkheden en zorg voor bijscholing voor jezelf en je teamleden. 

8 | Alle verantwoordelijkheid op je nemen.

We zijn opgeleid met het idee dat we 34 rollen spelen als dansdocent. Schoonmaker, administrateur, vrolijke telefoonbeantwoorder, costumiere, lesvoorbereider, dj, lesgever, psycholoog, marketeer, websitebouwer, social media strateeg, personeelsmanager en ga zo maar door. Leer delegeren! Schrijf op papier alle taken binnen de studio. Bekijk wat je uit handen kunt geven aan je team of aan mensen die er beter in zijn dan jij. Zo houd jij tijd over voor de dingen die ertoe doen.  

9 | Je mogelijkheden inperken.

Ik ben maar een dansdocent, ik ben niet opgeleid om … Betrap je jezelf op deze gedachte? Je bent niet de enige. Ons brein is afgestemd op veiligheid en vind het lastig om nieuwe mogelijkheden te zien en te onderzoeken. Weet dat je altijd een keus hebt en dat je alles mogelijk kunt maken. Face your fear! 

10 | Niet durven onderhandelen.

In de danswereld moet je hard werken om gezien te worden, maar het is ook wel eens genoeg. Je hebt een gevestigde dansstudio met een goede naam. Het is tijd om te gaan genieten. Onderhandelen met personeel, met de gemeente, met leveranciers, met ouders. Het hoort erbij. Leer het spel te spelen en creëer opties voor de mensen met wie je onderhandelt. Wees duidelijk in wat je wilt en in wat de mogelijkheden zijn. Reken op tegenwind en werk er doorheen. 

11 | Denken dat netwerk niet belangrijk is 

Tien jaar lang heb ik geïnvesteerd in het opbouwen van mijn netwerk. Sommige dingen werkten goed, andere dingen niet. Doordat ik nu een netwerk heb met ruim 10.000 professionals in dans, onderwijs, ondernemerschap, innovators en zakenmensen heb, ben ik in staat om via de mensen in mijn netwerk de doelen te behalen die ik wil bereiken. Je hebt anderen nodig om te groeien en voor succes op lange termijn. 

12 | Geen ondernemer durven zijn 

Ik heb gewoon een dansschool, ik ben geen ondernemer. Ook dit is een glazen plafond waar je doorheen mag breken. Je bent ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, je verkoopt dans, je betaalt belasting. Je bent dus een ondernemer. Stof het negatieve beeld wat je hebt van ‘de ondernemer’ eens af en bekijk hoe tof het is om je eigen werkplek te kunnen creëren. Je eigen projecten op te zetten en je eigen geld te verdienen. Vraag het eens aan andere onderneemsters in de buurt; durven zij als vrouw in de rol van ondernemer de stappen? 

13 | Je merk niet definiëren 

Als je alles biedt voor iedereen dan biedt je eigenlijk niks voor niemand. Jezelf als merk neerzetten, betekent dat je een bepaalde kwaliteit levert en daar een keus in maakt. Maak eens een lijstje wat jij echt belangrijk vindt voor jouw school. Als je daar jouw visie en missie opschrijft en naar buiten toe communiceert, dan zie je wat je te doen staat in de studio en dan wordt jouw studio een magneet voor de klanten die jij zo graag wilt hebben. 

14 | Alleen je voornaam gebruiken

Een studio naam als ‘Lindanst’ omdat je Linda heet en het leuk vindt om te dansen, geeft niet de indruk dat je professioneel bezig bent met dans, maar dat je nog een ‘echte baan’ erbij hebt. ‘Dansschool De Lange Vliet’ geeft alleen aan waar je gevestigt bent en niet waar je voor staat. Waar staat de naam van jouw dansstudio voor? Hoe zou je die naam kunnen professionaliseren?

15 | In de veilige zone blijven

Om jezelf te blijven uitdagen,is het belangrijk om dingen op te pakken waarvan je ziet dat ze je doen groeien, die goed zijn voor de studio, maar die je best spannend vindt om op te pakken. Werk door je faalangst heen en ga het gewoon proberen. Maak je een fout? Dan heb je in elk geval een manier gevonden die niet het gewenste resultaat heeft. Ga door totdat het lekker loopt. Vier je succes en pak het volgende punt op dat buiten de veilige zone ligt. 

16 | Onzichtbaar zijn 

Als eigenaar van een dansstudio is het belangrijk om zichtbaar te zijn. Niet alleen voor de leerlingen, maar ook in de gemeente, in de media en in sociale media. Zorg dat je jezelf regelmatig aansluit bij activiteiten buiten de studio. Online en offline. Zo wordt jouw studio meer zichtbaar en weten mensen je te vinden voor een leuk artikel in de krant, een interview voor een blad of online platform en misschien zelfs een podcast. Laat jezelf zien!

17 | Blind zijn voor wat je achterlaat

Kijk eens wat voor mooie, creatieve dingen je hebt ontwikkeld de afgelopen jaren: lesplannen, verhalen, kant en klare dansen met beschrijvingen en muziek. Maar doordat de waarde ervan gebagatelliseerd wordt of doordat het commerciële succes uit de weg gegaan wordt, verwateren deze initiatieven. Leer commercieel kijken naar je werk zodat je het om kunt zetten in diensten en producten. Handig voor je pensioen of om kinderen en kleinkinderen een appeltje voor de dorst na te laten. 

18 | Problemen oplossen verwarren met klagen

Stop met klagen. Leer jezelf en je team aan dat je voortaan een probleem signaleert en een oplossing bedenkt. Bijvoorbeeld: docenten zouden meer lessen willen geven. Hoe kunnen jullie dit samen realiseren? Open wachtlijsten voor de bestaande lessen. Maak met elkaar reclame. Als er acht leerlingen op de wachtlijst staan laat je deze leerlingen toe en splits je de les op in twee lessen. Zo kunnen docenten meer lessen geven en draait de studio meer omzet. Dan kan ook het loon omhoog. 

Herken je jezelf in deze punten? Ik ben erg benieuwd wat jouw grootste inzicht is! Deel het met ons en laat hieronder een opmerking achter. Zo leren wij van elkaar. 


Ondernemerschap & Marketing

Je bent dansdocent én je runt een dansschool. Je geniet enorm van de uren die je les staat te geven, maar de leerlingenadministratie, het managen van personeel, de boekhouding, de schoonmaak, de mail en telefoon beantwoorden en alle andere bijkomende taken doe je er ook bij. Het is mogelijk om het jezelf makkelijker te maken en meer te genieten van alle aspecten van het runnen van de dansschool. Onze redacteur Ondernemerschap & Marketing helpt dansschoolhouders om hun bedrijf te laten groeien en financieel gezond te laten zijn. Aan de hand van toegankelijke can-do tutorials leer je over alle praktische zaken waarmee dansschoolhouders te maken krijgen - en hoe jij daarin onderscheidend kan zijn!

Lenneke.png

Lenneke Gentle

Lenneke Gentle is redacteur Ondernemerschap & Marketing. Ze is eigenaresse van het succesvolle Studio Swing, ontwikkelaar van Taaldans en Rekendans, en initiatiefnemer van het Danspiratie platform. Met 20 jaar werkervaring als dansdocent is ze een inspirerende ondernemer in de danssector. Voor Dansdocent.nu schrijft ze artikelen met praktische tips en tricks voor dansschoolhouders zodat zij hun werkdruk kunnen verminderen en het rendement van de school kunnen laten groeien.